In Frankrijk protesteerden 150.000 mensen tegen het homohuwelijk. Een staaltje van ‘Wat niet op mij lijkt, bestaat niet’. De ander niet zien omdat hij niet op jou lijkt; het komt vaak voor. Daarom is het oprecht stellen van vragen zo belangrijk, vindt Esther Wit.
Als jouw verlangen naar liefde niet op de mijne lijkt, dan is het geen liefde en heb je geen recht op een huwelijk. Dat lijken de protesterende Fransen toch vooral te beweren. Het huwelijksritueel met alle wettelijke voorrechten van dien, is voorbehouden aan een liefde die ik herken. Het is een keihard staaltje kortzichtigheid. Misschien nog wel erger dan een kort lontje. Mensen met korte lontjes reageren tenminste nog, maar mensen met kort zicht, zien de ander niet eens.
Kort van zicht
De ander niet zien omdat hij niet op jou lijkt, komt vaak voor. Niet alleen waar het homoseksuele liefde betreft. Zelfs de dood en levensbeschouwelijke vragen zijn een onderwerp van kortzichtigheid. In de toch respectabele rubriek ‘Letter & Geest’ van Trouw, stelt pastor Margriet van der Kooi vertwijfeld: Wie stelt de grote vragen nog?’
Ze beweert dat mensen die niet in god en de eeuwigheid geloven, wanhopig de dood verdringen. Goddelozen hebben een gebrekkig vermogen om de grote vragen te stellen en zien de mens als een soort machine. Maar natuurlijk zijn atheïsten, humanisten en twijfelaars wel degelijk met de grote vragen bezig. En sinds wanneer ontkennen degenen die niet in het eeuwige leven geloven de dood?
De titel van het artikel had dan ook beter ‘Wie geeft mijn antwoord nog?’ kunnen luiden. Het is een staaltje ‘Als je mijn antwoord niet geeft, herken ik jouw vraag niet’. Het is een minder pijnlijke kortzichtigheid dan de 150.000 Fransen, maar pijnlijk blijft het.
Saper Vedere
Daarom is het oprecht stellen van vragen zo belangrijk. Je mist anders zomaar een groot deel van de werkelijkheid. We noemen kortzichtigheid niet voor niets ‘kortzichtigheid’. Daar tegenover staat het devies van Leonardo da Vinci: Saper Vedere, ‘weet hoe te kijken’. Dan zie je dat de openstelling van het huwelijk voor homo’s niet tot de neergang der mensheid leidt.
En als Van der Kooi haar ‘Wie stelt de grote vragen nog?’ werkelijk aan iemand had gesteld, aan mij bijvoorbeeld, dan had ik kunnen antwoorden: Ik, en velen met mij. En u?
Esther Wit is hoofredacteur van de Humanistische Canon en medewerker Visie en Beleid. Zij blogt ook voor human.nl