Karim Rachid Omayri verfrommelt kranten tot papier-maché en maakt daarmee kunstwerken. De Irakees laat in zijn werk de kwetsbaarheid van het individu zien. ‘Kunst maakt zichtbaar’, zei Paul Klee. Dat geldt zeker voor wat Omayri maakt.

Omayri confronteert ons met een werkelijkheid, waar wij meestal niet bij stil staan. Het levensverhaal van Omayri geeft daar ook alle aanleiding toe: geboren op 31 juli 1969 in Bagdad en in 2007 als asielzoeker naar Nederland gekomen. Hij woonde en werkte tot oktober 2011 in Apeldoorn.

Portretten

Een naakt naast een gehelmde kop met felrode lippen, symbolen van kwetsbaarheid en geweld. In Karims werk komen vaak gezichten voor. Hij toont ons portretten van één enkel gezicht, in de mooiste kleuren blauw en rood schildert hij de pijn die van het gezicht af te lezen is. Of hij maakt een heel paneel vol met kleine portretjes: we zijn met velen maar worden we ook als individu gezien? Het is een belangrijke vraag die in de kunst van Omayri vaak terugkomt.

Zeggingskracht en materiaalgebruik

Omayri studeerde van 1987 tot 1995 aan de Academie voor beeldende kunsten in Bagdad. ‘Zowel de technieken van de oude meesters als het ontwikkelen van een eigentijdse en persoonlijke visie op een combinatie van beeld, zeggingskracht en materiaalgebruik kwamen daar uitgebreid aan bod’, zo staat te lezen in de brochure bij de tentoonstelling ‘Niet zien wel kijken’, die in 2011 in Apeldoorn werd gehouden. ‘Dit wordt duidelijk weerspiegeld in het werk van deze kunstenaar. Zowel in twee als in drie dimensionaal werk maakt hij gebruik van traditionele materialen als verf, keramiek en papier-maché. Maar als de inhoud van het werk erom vraagt ook van diverse kunststoffen als silicoon en acrylaten. Op straat gevonden voorwerpen kunnen aanleiding zijn om in combinatie met andere materialen een persoonlijk verhaal te vertellen.’

Uitgeprocedeerd

Het persoonlijk verhaal van Omayri stemt niet tot vrolijkheid. Hij kreeg in 2011 te horen dat hij in Nederland uitgeprocedeerd was. Zijn kunstenaarsvrienden in Apeldoorn boden hem in augustus 2011 ruimte om nog een keer zijn werk ten toon te stellen in de Weekendgalerie aan de Loolaan. Zijn kunst staan nu op een zolder in Nederland. Omayri is inmiddels een nieuwe procedure gestart om toch asiel te krijgen. Volgens onze regerende politici is het in Irak veilig. Dagelijks is op het nieuws te zien hoe relatief het begrip ‘veiligheid’ kennelijk is. Politici sluiten graag hun ogen voor het individu en laten hun oren hangen naar de massa. Zij zouden het werk van Omayri eens goed moeten bekijken.