De Universiteit voor Humanistiek (UvH) wil een centrale speler worden op een wetenschapsplein met verschillende academische en maatschappelijke partners. Daarvoor stelde de UvH een adviesraad in van bestuurders van instellingen op het snijvlak van wetenschap en samenleving. Voorzitter is dr. Alexander Rinnooy Kan.

De adviesraad bestaat naast Alexander Rinnooy Kan uit: mr. Roger van Boxtel, prof.dr. Geert ten Dam, drs. Eric Holterhues, prof.dr. Pauline Meurs en prof.dr. Paul Schnabel. Rector magnificus Hans Alma gebruikt graag het beeld van  ‘wetenschapsplein’ om uit te drukken dat de UvH zich verder wil ontwikkelen als een ontmoetingsplaats van (inter)nationale wetenschappers en professionals uit diverse maatschappelijke praktijken, vooral op het gebied van zorg, welzijn, vorming en advies. 

“In de wisselwerking tussen wetenschappers en professionals ontstaat kennis, dat is een dynamisch proces. De universiteit staat open voor vragen en inzichten zoals die in praktijken ontwikkeld worden,” vertelt Alma.

Samenwerking

Samenwerking is belangrijk voor de UvH. “De UvH is een kleine universiteit met beperkte mogelijkheden, maar door samenwerking met andere universiteiten en hogescholen kan zij een belangrijk kenniscentrum zijn op het gebied van zingeving en humanisering: een centrale speler op een wetenschapsplein waar intensieve uitwisseling plaatsvindt over vragen die op veel andere plaatsen in onze samenleving naar de marge zijn geduwd. Het gaat om vragen als: Welke waarden liggen aan onze wetenschapsbeoefening ten grondslag? Hoe kan de humanistische inspiratie die door veel kennisinstellingen en professionele instellingen gedeeld wordt, praktische uitwerkingen krijgen? “

De dialoog

De adviesraad wordt een soort experimentele ruimte. “De leden werken op het snijvlak van wetenschap en samenleving. Zij weten waar kansen liggen en wat valkuilen zijn. De adviesraad zal werken volgens hetzelfde principe als we voor ogen hebben voor het wetenschapsplein: de dialoog. We willen één of twee keer per jaar een goed gesprek organiseren over een voor de UvH urgent onderwerp, een gesprek waarvan alle deelnemers leren. We vragen dus geen rapporten of kant-en-klare oplossingen voor onze problemen: we vragen de leden te participeren in een dialoog die nieuwe gezichtspunten oplevert.”