De derde HUMAN tv-serie van ‘Durf te Denken’ begint 4 september met Bertrand Russell. Van deze wiskundige, filosoof, humanist, historicus, socialist, pacifist, liberaal en winnaar van de Nobelprijs voor Literatuur, is zelfs een stripboek gemaakt: ‘Logicomix’. En hij stichtte een specifieke filosofische traditie: de analytische.
De ondertitel van ‘Logicomix’ is groots: ‘Een epische zoektocht naar de waarheid.’ Om deze waarheid te vinden, schreef Russell – samen met Whitehead – het nogal onleesbare “Principia Mathematica’ (Wiskundige Grondslagen). De interesse voor logica en wiskunde is typisch voor de analytische traditie. Analytische filosofen neigen naar de natuurwetenschappen en gebruiken een uit-elkaar-rafel (analytische) methode. Ze houden van helderheid en duidelijkheid.
Filosofisch tweestromenland
Tegenover deze analytische filosofie staat een verwarrende geografische duiding: ‘continentaal’. Dat was oorspronkelijk een scheldwoord voor vage, niet analytische denkers maar is inmiddels in de wereld der filosofen overgenomen en ingeburgerd. Continentaal filosofen zijn mensen als Heidegger, Schopenhauer, Nietzsche, Sartre en het arsenaal postmodernen. Ze hanteren een alles-omvattende-en-onderling-verbindende (synthetische) methode. Als voormalig student van de Universiteit voor Humanistiek ben ik opgeleid in de continentale traditie en het humanisme in Nederland is veel ‘continentaler’ dan dat in Engeland en Amerika.
Continentale filosofen relateren hun filosofie aan betekenisgeving, literatuur, kunst en religie. Ze willen ‘het bestaan’ begrijpen en dingen zijn geen ‘dingen’ die je objectief kunt bekijken, maar ‘fenomenen’ die jouw wereld bepalen. Continentalen vragen zich af: Hoe leef ik een goed en zinvol leven? Analytischen vragen zich af: Wat betekent het concept ‘leven’ en hoe voorkom ik dat ik naar metafysische vaagheden verwijs? Analytisch filosofen zijn vanwege hun wetenschappelijke rigor en behoefte aan ware en bewijsbare uitspraken vaker religiekritisch. Zo ook Russell.
Theepot
Berucht is zijn ’theepotargument’. Stel, schrijft Russell, dat er rond de aarde een theepot cirkelt die zo klein is dat je hem met de beste telescoop niet kunt zien. En stel dat ik beweer dat deze theepot heilig is en door niemand ontkent mag worden. Het valt niet te bewijzen dat de theepot niet bestaat, dus ik mag mijn geloof in de theepot dwingend opleggen. In het geval van de theepot zou je de persoon voor gek verklaren, maar in het geval van God vinden we het vanzelfsprekend. Russell wil vooral zeggen dat degene die een bewering doet het bewijs moet leveren, en niet andersom.
Spaghettimonster
In 2005 vroeg een 24-jarige natuurkundestudent in een open brief aan het bureau voor onderwijs in Kansas schooltijd om zijn nieuwe religie van het Vliegende spaghettimonster te doceren. Niemand kon bewijzen dat de wereld niet door een vliegend spaghettimonster was geschapen dus waarom kreeg het geen evenredige plek naast het – even onfalsificeerbare – creationsime? Deze student gebruikt de argumentatielijn van Russell.
Het humanisme loopt dwars door beide tradities heen. Ook individuen laten zich niet zo gemakkelijk in een hokje duwen. Zelfs Russell niet, die naast wiskundige en logicus ook (met Sartre, een continentaal) een mensenrechtentribunaal oprichtte en een boek over het gelukkige leven schreef (‘The Conquest of Happiness’).
Wat Russell vooral sympathiek maakt, is zijn openheid van geest. Binnen de politiek heet je een ‘draaikont’ maar voor filosofen is het vermogen je mening te herzien – wat Russell regelmatig deed – een pre. Russells epische zoektocht naar waarheid maakte hem niet star en dogmatisch maar juist flexibel, open en oprecht. Hij was een analytisch levenskunstenaar met een sterk sociaalpolitieke agenda en bovendien – naast verlegen – één van de eerste populaire mediafilosofen.
Kijken dus, naar Durf te Denken.
Meer over Bertrand Russell is te vinden in de Humanistische Canon en over zijn Mensenrechtentribunaal op wikipedia.’ Durf te Denken’ is een televisieserie van HUMAN