Een humanistisch perspectief op het rapport van de staatcommissie rechtsstaat
De humanistische kernwaarden van de rechtsstaat zijn niet vanzelfsprekend en verdienen bescherming
Maandag 10 juni presenteert de staatscommissie rechtsstaat haar rapport. Deze commissie, ontstaan na een motie van Pieter Omtzigt, is ingesteld naar aanleiding van de verschrikkingen van de toeslagenaffaire. De staatscommissie doet aanbevelingen om burgers te beschermen tegen maatregelen of beslissingen van de wetgever en uitvoerende instanties. Want zoiets onmenselijks als de toeslagenaffaire mag nooit meer gebeuren. Daar zijn we het wel over eens. Maar hoe verhouden deze aanbevelingen zich straks tot het hoofdlijnenakkoord dat de rechtsstaat onder druk lijkt te zetten? En kan dit rapport een Humanistische toets doorstaan?
Criticasters van het Hoofdlijnenakkoord zijn het over één ding eens: er staat beleid in dat niet binnen de huidige Nederlandse en Europese wetten past. De plannen wekken de schijn dat de formerende partijen moedwillig aansturen op wettelijke conflicten. Daarmee dreigen de vier partijen, inclusief NSC van Pieter Omtzigt, de rechtsspraak tot een politiek instrument te maken, wat het makkelijker maakt om een onwelgevallige uitspraak van een rechter af te doen als dwarsliggerij. En precies dat ondermijnt onze rechtsstaat en brengt daarmee de basis van onze samenleving in gevaar. Want de democratische rechtsstaat is de ruggengraat van onze samenleving en de basis voor ons welbevinden en onze individuele en collectieve vrijheden.
Dat de nieuwe coalitie niet schuwt om de randen op te zoeken van wat wettelijk kan, staat op gespannen voet met het streven om de burgers beter te beschermen tegen beslissingen van de staat. Dat onderstreept het belang van het adviesrapport dat de staatscommissie vandaag presenteert. Voor de maatschappij waar we nu in leven, maar ook waar we in de toekomst willen leven. De aanbevelingen in het rapport moeten de fundamenten van onze rechtsstaat beschermen.
De basisprincipes van rechtvaardigheid en humaniteit moeten nog steviger verankerd worden om de vrijheden en verworvenheden waar we allemaal baat bij hebben, niet te laten verslonzen. Bij het lezen van het adviesrapport moeten onbetwiste, menselijke waarden daarom centraal staan en moeten we nagaan of die allemaal geborgd worden door de adviezen van de commissie.
Wat het Humanistisch Verbond betreft, moet het adviesrapport van de Staatscommissie Rechtsstaat naast deze waarden worden gelegd. Ongetwijfeld liggen deze waarden voor de hand, maar in een tijd waarin zelfs feiten soms ter discussie worden gesteld is een humanistische leeswijzer behulpzaam om ook de kritische lezer te helpen de aanbevelingen te duiden.
De aanbevelingen van de commissie moeten vanuit humanistisch oogpunt ervoor zorgen dat burgers erop kunnen vertrouwen dat…
1. Rechtszekerheid –Wetten zijn duidelijk en worden consequent toegepast en gehandhaafd,
2. Transparantie – Overheidsinstanties zijn open en eerlijk over beslissingen en processen, zodat burgers krijgen inzicht krijgen in het handelen van de overheid.
3. Gelijkwaardigheid – Alle mensen, hoewel niet allemaal hetzelfde, worden gelijk behandeld. Niemand mag vanwege achtergrond bij voorbaat op het strafbankje gezet worden.
4. Vrijheid – Democratische instituties waarborgen dat iedereen in Nederland in vrijheid leeft.
5. Kwaliteit van leven – De rechtsstaat streeft naar een goede kwaliteit van leven voor alle burgers. Dit omvat toegang tot gezondheidszorg, onderwijs, huisvesting en andere basisbehoeften.
Deze punten mogen we niet als vanzelfsprekend beschouwen, want dit zijn de waarden waarop de stabiliteit van onze samenleving is gebouwd. Het rapport van de staatscommissie moet een wake-up call zijn. Het moet ons herinneren aan wat we riskeren te verliezen en het moet een duidelijke boodschap sturen naar het nieuwe kabinet: de rechtsstaat zet je niet in voor politiek gewin. De rechtsstaat moet beschermd worden en er moet in geïnvesteerd worden. Het gaat over mensen. Pas als we iets kwijt zijn, hebben we door wat al die tijd vanzelfsprekend heeft geleken. Zo ver moeten we het niet laten komen.