
Zet levensplezier oudere met dementie voorop
Voor hun eigen bestwil’, maar wat is dat en wie bepaalt dat? Jarcine Spaander van het project vrijheid en veiligheid, een samenwerking tussen Alzheimer Nederland, Innovatiekring Dementie en LOC Zeggenschap, ziet hoe ouderen verbod na verbod krijgen.
Veiligheid van cliënten is belangrijk, maar soms beperkt angst van zorgverleners het levensplezier van bewoners. Waar ligt de grens? “Dat hangt af van elke situatie, maar zolang je in gesprek blijft hierover, blijkt er meer mogelijk dan je denkt.” Spaander hamert op gelijkheid tussen patiënt en verzorger en zij leeft deze waarde na in haar eigen verpleeghuis.
Zijn we te betuttelend?
“Ja, Ik ben het zo eens met ouderenarts Joris Slaet. In zijn artikel “Ik verheug mij op gebrekkigheid” voor de NRC twee jaar geleden beschrijft hij het prachtige voorbeeld van een dementerende man die steeds in de vijver springt om baantjes te trekken. De verplegers raken in paniek waarop Slaet vraagt: ‘maar is deze man verdronken dan?’. Het antwoord is nee. Hij kan zelfs heel goed zwemmen. Maar zij zijn bang omdat hij zou kunnen verdrinken.
Slaet vraagt zich vervolgens af waarom dit zwemmen dan niet georganiseerd is door het tehuis, aangezien meneer kennelijk heel graag wil zwemmen en hier plezier uithaalt. In de praktijk merk ik vaak dat hoe iemand zich gedraagt niet hetgeen is waar het over gaat. Het gaat over vraag waarom iemand zich zo gedraagt en hierover moet je continu in dialoog blijven.
Als de man bij wijze van oplossing achter gesloten deuren moet, ontneem je hem zijn vrijheid en levensplezier. En waarom? Zodat de verplegers niet meer in de stress schieten? Daarvoor zit die man daar toch niet? Je kunt je ook afvragen: is het wel zo erg als er iets gebeurt? Gaat levensplezier niet boven dwang? Je moet altijd samen met het team de risico’s en verantwoordelijkheid bespreken.“
Hoe is het nu gesteld met veiligheidsmaatregelen bij dementie?
“Als zorgverleners willen we graag zorgen voor een ander. We willen voorkomen dat iemand zich beschadigt of gevaar loopt. Daardoor kunnen we te beschermend zijn. De vraag die we onszelf zouden moeten stellen is: is een maatregel in het belang van de persoon met dementie of ter geruststelling van onszelf?”
Dus wat is de grens? Hoe kunnen mensen dit inzien?
“Het grootste punt is dat er geen harde grens is. Het gaat er vooral om dat je in gesprek blijft. Hoe kun je zoveel mogelijk vrijheid geven aan de dementerende, maar toch diegene toch veilig laten zijn? Je moet jezelf en andere verzorgers altijd blijven vragen: is deze maatregel nog in belang van de dementerende? “
Heeft u daarom een eigen verpleeghuis opgericht?
“Ja, en mijn reis door Indonesië was een eyeopener. Een meisje met liefdesverdriet ging naar haar oma toe voor advies en tips. Heel logisch eigenlijk, want oma heeft ontzettend veel levenservaring. Terwijl ik zelf niet snel naar mijn oma toe was gesneld hiervoor. Jij wel?”
Nee, tot mijn spijt nu.
“Jammer eigenlijk! Zowel voor ons als onze grootouders. Ouderen hebben niet alleen maar bestaansrecht omdat ze zorg nodig hebben. Je moet tenslotte oud zijn om levenservaring te hebben. Met dit idee heb ik het verpleeghuis opgezet. We kijken bij elke bewoner met dementie: welke rol kan je nog vervullen? Hoe kan je nog van belang zijn voor iemand? Ook al lijkt dit niet de meest veilige optie. Ouderen kunnen crêpepapier workshops ook vreselijk saai vinden. Voor ons teamoverleg nodigen we altijd bewoners uit. Zij waren bijvoorbeeld docent of verpleger en snappen het proces vanuit hun jarenlange ervaring. Wij confronteren ze dan niet met een vraag, maar ze denken wel mee.”
Hebben jullie ook wat aan hun aanwezigheid?
“Absoluut! Ze hebben namelijk veel meer ervaring. Zoveel zelfs dat de cognitieve beperkingen de herkenning van een dergelijk overleg niet belemmeren. Laatst zat een vrouw van 90 erbij zodat ze nieuwe de nieuwe teamleden kon informeren met haar ervaring in het verpleeghuis. Wij willen de bewoners duidelijk maken dat er niet enkel voor hen wordt gezorgd, maar vanuit hen. Iedereen moet een nut hebben en dit voelen.”
Waar ligt de grens tussen vrijheid en veiligheid?
“Binnen de wet heb je wel een grens: zo min mogelijk maatregelen! Wij denken daarom zoveel mogelijk vanuit alternatieven, als die man wil zwemmen, laat hem dan zwemmen, of kom met een alternatief. Een zoon die zijn dementerende moeder opsluit omdat ze anders alleen gaat wandelen, kun je een GPS –spotter aanbieden of erachter proberen te komen waarom ze precies alleen wil lopen. Je moet dan ook de zoon bevragen: wat kan er misgaan? Hij heeft door drukte wellicht geen tijd en ruimte om hier over na te denken en ervaart het zorgen als een last. Hier kunnen wij een verschil maken, door hem die ruimte tot dialoog te bieden. Aan de andere kant ken ik een dementerende man die elke avond zonder mobiel gaat wandelen in zijn wijk. Hij ziet zijn dementie als een avontuur en noemt deze jaren zijn ‘dementiecarrière’. Allemaal heel leuk, maar zijn vrouw maakt zich vreselijke zorgen en zit elke avond met geknepen handen thuis. Hier probeer ik hem ook te vragen om haar angst proberen te begrijpen. Ze moeten elkaar tegemoet komen. In dit voorbeeld zie je weer het belang van die gelijkheid en dialoog.”
Is er behoefte aan geestelijke begeleiding?
“Ik kan niet voor geestelijk begeleiders spreken maar ik denk dat ze voorbij het ogenschijnlijke kunnen doorvragen. Een aanpak gericht op de mens en diens verleden helpt bij het bepalen van maatregelen. Ook het uitstellen van een oordeel over iemand en het bewust zijn van de eigen denkkaders. Ik zou het leuk vinden om te kijken wat hun rol zou kunnen zijn in ons verpleeghuis. Ik hoop ook tijdens mijn workshopvan de geestelijk begeleiders te horen hoe zij zichzelf hierin zien. Ik sta er in elk geval voor open!“
Tags: #Autonomie #Dementie #ouderen #Zingeving
A list of posts
Vrij denken, samen leven. Sinds 1946.
Blijf op de hoogte van acties voor een menselijker samenleving, inspirerend nieuws en evenementen.