‘Nederlanders geven aan hun leven gemiddeld ruim een 8.‘ Elke keer dat deze sociaalwetenschappelijke onthulling weer in het nieuws komt, erger ik me rot. Het wachten is op de mededeling dat senioren vandaag op een 8,5 zitten en de alleroudsten op een 9. Domweg gelukkig de kist of het vuur in.
Met dank aan de positieve psychologie, de wetenschap die ons gelukkig maakt. Ik ben niet blind voor de vraag naar het menselijk geluk. Niemand minder dan de klassieke wijsgeer Aristoteles zei al dat het doel van het menselijk leven geluk is. Wie ben ik om daarover te schamperen? Maar Aristoteles zette wel hoog in! Geluk betekende voor hem zelfverwerkelijking, een geluk dat voor weinigen was weggelegd. Epicurus, de vader van het hedonisme, had een ander geluksideaal: gematigd genot. Hij zag dat als een enorme klus. Ook voor de stoïcijnen betekende geluk een zeldzaam goed: gemoedsrust. Met de opkomst van het christendom was het gedaan met het aardse geluk. Het oorspronkelijke idee van bijbels geluk hing nauw samen met het idee van onmaakbaarheid: het leven is lijden, geluk kun je zelf niet scheppen, je mag alleen hopen op de goddelijke genade.
Sedert de Verlichting is de moderne westerse cultuur gericht op de verbetering van mens en samenleving via onderwijs, wetenschap, handel en techniek. Het menselijk geluk wordt maakbaar geacht als resultaat van een goed plan en de juiste afweging.. Drie eeuwen later moeten we vaststellen dat ambiguïteit, armoede, afgunst, conflict, eenzaamheid, misdaad, pech, (liefdes)verdriet, oorlog, ziekte en doodsangst, – kortom lijden en ongeluk – niet verdwenen zijn. Maar de stem van ons superego kraait intussen wel victorie: ‘zorg dat je gelukkig bent.’
Moderne mensen moeten kiezen voor geluk. Onze samenleving wordt schandalig geterroriseerd door de eis van het positieve denken en de marketing van gezondheid. Er moet vandaag veel gelachen worden, vooral op de foto’s; iedereen moet er goed uitzien, altijd vrolijk en goed gehumeurd zijn. Wee degene, jong of oud, die openlijk durft te bekennen dat hij regelmatig lijdt.
Mijn hele leven lang zit ik al tussen een 4 en een 7. Ik verdom het om mezelf naar een 9 te liegen.
Joep Dohmen is filosoof en was tot 2014 hoogleraar Wijsgerige en praktijkgerichte ethiek aan de Universiteit voor Humanistiek. Meer van en over Joep Dohmen vindt u in Magazine Human, nummer 1 van dit jaar.