Deze week nam ik deel aan een boekenpanel georganiseerd door de Amsterdamse studievereniging ETCetera en Spui25, met als inzet de vraag welk boek je ‘leven heeft gered’. De inzet was hoog: kan kunst zoiets bewerkstelligen?
In een discussie vooraf op Facebook liepen de meningen uiteen. Ik verdedigde de stelling; ze staat immers ten grondslag aan ‘Gawie Weet Raad’. Meer sceptisch is Kaya Erdinç: ‘Is zo’n standpunt niet te romantisch?’
Wat hij zegt snijdt hout. Om te denken dat kunst daadwerkelijk problemen kan oplossen is een droombeeld. Dat wil niet zeggen dat de effecten van kunst op het leven van mensen verwaarloosbaar zijn. Wie een boek leest of een schilderij bekijkt doet dat met een reden, maar deze heeft meer te maken met het zoeken naar antwoorden dat met de antwoorden zelf.
Voor de bijeenkomst over boeken koos ik ‘Dune’ (1965) van Frank Herbert, een werk in het genre high fantasy dat vooral troostend werkt vanwege het escapisme dat al die intriges in een verzonnen wereld creëren.
Maar fictie waarin de harde werkelijkheid wordt getoond, de ironie en het cynisme van het leven, kan eveneens bevrijdend werken. En soelaas bieden.
Recent zag ik in EYE het deprimerende ‘Peeping Tom’ (1960) van Michael Powell, waarin een eenzame jongeman in Londen vrouwen met zijn filmcamera stalken en hen vervolgens vermoorden met een steekwapen gemonteerd aan de camera.
De centrale metafoor is even ironisch als veelzeggend: in het verhaal probeert de man een documentaire te maken over het politieonderzoek naar de moorden. De suggestie is dat het filmen voor hem therapie is: als hij maar zijn film zou kunnen afmaken, dat zou hij genezen zijn van zijn duistere obsessies.
Het werk werd destijds in verscheidene landen verboden. Ook in Engeland was de morele verontwaardiging snijdend, misschien omdat regisseur Powell in de voorafgaande jaren films samen met zijn vaste partner Emeric Pressburger maakte waarin positieve ‘boodschappen’ over mens en wereld duidelijker naar voren kwamen.
En toch, als ik een film zou moeten kiezen die mijn leven metaforisch heeft gered, dan maakt ‘Peeping Tom’ een grote kans. Om deze reden: het werk toont de mens in zijn meest basale staat. En stelt de vraag: is verlossing hiervan mogelijk?
Het trauma van de jonge man, Mark, stamt uit zijn jeugd toen zijn wetenschapper-vader hem aan wrede experimenten over de werking van angst blootstelde. Wegens dat verleden is de drang om te kijken, voyeuristisch, bij hem allesoverheersend.
Toch gaat het hem niet om het moorden. Door zijn slachtoffers te filmen probeert hij hun angst vast te leggen. Op deze manier wil hij vooral ook zijn eigen angst onderzoeken.
Ergens in dat filmbeeld, weet Mark, schuilt de oplossing voor zijn abnormaliteit. Die oplossing vindt hij niet. Met de politie op zijn hielen pleegt hij zelfmoord.
Wie ‘Peeping Tom’ ziet, ervaart een vreemd gevoel van bevrijding. Een antwoord is er niet. Maar net als Mark speuren we desondanks naar verlossing in dat filmbeeld. Dat proces, meer dan een sluitend einde, werkt troostend.
Tags: #Film, boeken en TV #Zingeving
A list of posts
Vrij denken, samen leven. Sinds 1946.
Blijf op de hoogte van acties voor een menselijker samenleving, inspirerend nieuws en evenementen.