Direct naar de inhoud
Word lid
Filosoof en cabaretier Tim Fransen

Tim Fransen: “Wij zijn maar een stelletje klunzen”

Type content: Nieuws Categorieën: HUMAN INC. magazine Gepubliceerd op:

Filosoof en cabaretier Tim Fransen vindt dat wij mensen er een potje van hebben gemaakt. En tóch weigert hij cynisch te worden.

Hier begint het verhaal, al gaat er aan dit interview ook wel iets vooraf. Afspraak maken (maandagochtend), locatie kiezen (café), maar vooral: een beetje kletsen voor de echte vragen komen. Het is dus niet zo dat filosoof/cabaretier Tim Fransen zomaar, uit het niets, over Epicurus begint te praten.

Eerst vroegen we ons nog af wat we zouden doen als één van de andere cafébezoekers zich plotseling luidruchtig of agressief zou gaan gedragen. Tim zou er iets van zeggen, alhoewel: “Beetje afhankelijk van hoe die gast eruitziet.” Het kan frustrerend zijn, zei hij, om te ervaren hoe weinig rekening we met elkaar houden. “Misschien kunnen we beter beginnen met mensen opzoeken met wie het wél prettig is om solidair te zijn.” En toen kwam dus die oude Griekse filosoof tevoorschijn. “Epicurus was heel cynisch over de maatschappelijke, politieke wereld. Hij trok zich met een stel vrienden terug in zijn tuin om daar lekker te eten en te drinken en goede gesprekken te voeren. Ik zit er ergens tussenin: ik wil me niet afkeren van de samenleving, maar zo’n verbond van vrienden, fijne mensen, heb ik absoluut nodig.”

Maar jij blijft toch juist niét in die spreekwoordelijke tuin zitten? Je gaat het toneel op om – ja, waarom eigenlijk?
“Dat is een goede, moeilijke vraag waar ik zelf eigenlijk ook steeds weer het antwoord op zoek. Ik onderschrijf het verheffingsideaal. Doordat ik zoveel privileges heb gehad – ik ben in een veilige omgeving opgegroeid, ik heb dankzij de overheid en een goed belastingstelsel uitstekend onderwijs genoten – voel ik de verantwoordelijkheid om iets terug te doen.”

En waarmee wil je ons, het volk, verheffen?
“Mijn eerste voorstelling ging over de existentiële vraag: wat heeft het leven voor zin? Ik gebruik daarin de metafoor van de gelijkzwevende stemming van een piano. Er is geen stemming mogelijk die absoluut correct is – een zekere mate van valsheid is onvermijdelijk – maar we kunnen de tonen ten opzichte van elkaar wel in harmonie laten klinken. Zo geloof ik niet dat er zoiets als een absolute zin van het leven is, maar een soort ‘web van zin’ kan zeker bestaan.”

Verenigd als we zijn in de doelloosheid van ons lijden?
“Bijvoorbeeld, ja. We kunnen elkaar troost bieden, en vreugde delen.”

Biografie Tim Fransen

– 1988 Geboren in Amsterdam.

– 2011 Sluit zich aan bij de Comedytrain en treedt regelmatig op in de Amsterdamse stand-up-comedyclub Toomler.

– 2013 Schrijft samen met Theo Maassen de oudejaarsconference Einde oefening.

– 2014 Wint de jury- én de publieks-prijs bij het Leids Cabaretfestival.

– 2014-2016 Eerste filosofische cabaretvoorstelling: Het failliet van de moderne tijd.

– 2016 Wint de cabaretprijs Neerlands Hoop voor zijn eerste cabaretvoorstelling.

– 2018-2019 Tweede voorstelling: Het kromme hout der mensheid.

– 2018 Wint een Poelifinario voor zijn tweede cabaretvoorstelling.

– 2018 Verschijning van zijn boek Brieven aan Koos – avonturen van een zolderkamerfilosoof.

– 2019 Publiceert voor de Maand van de Filosofie het essay Het leven als tragikomedie.

tim fransen
Robin de Puy

En nu maar hopen dat de dingen die jij bedenkt, waar je de voorstelling mee vult, ook door het publiek worden opgepikt.
“Ja, precies. Ik probeer iets te maken wat rijk is aan betekenis en ik ervaar het ook als een enorme luxe dat ik beroepshalve over dit soort dingen kan nadenken, maar of de mensen er iets aan hebben, of wat ze ermee doen: dat ligt buiten mijn macht. Amor fati, liefde voor het lot. Dat zijn de woorden waar ik sinds een aantal jaar iedere keer weer bij terugkom. Sterker nog: ik heb onlangs een deurmat gekocht met die tekst er op. De kleuren zijn niet zo mooi, maar goed, dat is ook een soort amor fati en om nou zelf zo’n mat te gaan ontwerpen, dat ging me iets te ver. Maar goed, nu krijg ik dus elke keer als ik mijn huis in- of uitga die tekst te zien, als een soort herinnering aan mezelf: o ja, amor fati! Ik probeer namelijk iedere dag wel weer iets te controleren wat niet te controleren is. Hoe zal het gaan? Wat zullen de mensen hiervan vinden?”

En als je die deurmat ziet, dan denk je..?
“Dat ik mijn noodlot zonder angst en vol compassie tegemoet wil treden.”

Ben je zo’n angstig iemand dat je die reminder nodig hebt?
“We hebben allemaal allerlei neigingen waarmee we onszelf of anderen in de weg zitten en in mijn geval is dat angst en nervositeit. Ik heb een angstige natuur, kan heel lang ergens over malen – al moet ik zeggen dat het vroeger véél erger was. Ik zoek voortdurend manieren om mezelf te corrigeren. Of te conditioneren. Niet alleen met zo’n mat, maar ook door te mediteren. Elke keer als je een gedachte denkt, maak je een verbinding in je hersens. Door die gedachte steeds maar te herhalen, maak je de verbinding sterker. Sommige mensen denken dat mediteren betekent: niet meer denken, vrij zijn van gedachten. Maar gedachten blijven altijd komen, daar heb je geen controle over. De truc is er niets van te vinden; de gedachte gewoon een gedachte te laten zijn.”

Ik geloof niet dat we autonoom zijn. Er is zoveel dat we niet zelf hebben gekozen: onze ouders, onze opvoeding, onze genen…

Begin je de dag met meditatie?
“Ja, en ik eindig er ook mee.”

En ga je dan op zo’n speciale plek zitten?
“Gewoon op de bank, met een wekkertje. Na twintig minuten hoor ik zo’n gong.”

Weet je wat ik lastig vind? Dat het me zo slecht lukt om onhebbelijk gedrag van mezelf wezenlijk te veranderen.
“Dat is interessant, want nu komen we uit bij iets wat misschien wel tot de kernwaarheden van het humanisme wordt gerekend, namelijk de gedachte dat we autonome wezens zijn. Daar heb ik mijn twijfels bij. Er is zo veel wat we níet zelf hebben gekozen: onze genen, onze ouders, onze opvoeding, zelfs gevoelens komen op zonder dat we daar iets over te zeggen lijken te hebben… Dus nee, ik geloof niet dat we autonoom zijn. Ik denk dat autonomie een nuttige fictie is. Identiteit zie ik ook als zo’n nuttige fictie, als een verhaal dat we over onszelf vertellen. Soms is het trouwens ook minder nuttig, bijvoorbeeld als we uit naam van onze nationale identiteit anderen om zeep willen helpen. Dat is in de geschiedenis toch al een aantal keer gebeurd.”

Je weet dat ik hier namens het Humanistisch Verbond zit, toch?
“Zeker. En ik ben zelfs lid van het Humanistisch Verbond, maar het is net zoiets als de Stemwijzer invullen; een honderd procent overeenkomst is er nooit. Om meteen aan nóg maar een humanistische poot te zagen: ik geloof ook niet dat we volmaakt rationele wezens zijn. We zijn meesters in het zelfbedrog, als geen ander in staat om recht te lullen wat krom is. Die eigenschap vormt een permanente bedreiging van de democratie. Boeren die op trekkers naar het RIVM rijden om daar te zeggen: de data die jullie over stikstof hebben verzameld, bevallen ons niet! Dat heeft natuurlijk niets meer met rationaliteit te maken. Het is niet alleen krankzinnig, maar vooral ook intimiderend, een machtsuitoefening. En het diende in feite een privé belang. Terwijl je in een democratische samenleving toch vooral naar een zekere consensus zou moeten streven.”

De boze boeren kregen veel meer aandacht dan de milieuactivisten van Extinction Rebellion die negen dagen eerder de Stadhouderskade in Amsterdam blokkeerden.
“Ja, en ik was één van de deelnemers. Met die actie was een publiek belang gediend: de leefbaarheid van onze aarde. De rechter heeft besloten dat de overheid te weinig doet om de klimaatcrisis aan te pakken. Helaas beschikt diezelfde rechterlijke macht niet over de mid-delen om de overheid te dwingen hun afspraken na te komen. In dat geval is volgens mij burgerlijke ongehoorzaamheid geoorloofd. Klimaatverandering is het probleem der pro-blemen omdat het zoveel dingen raakt. Het gaat over het voortbestaan van onze beschaving, het gaat over rechtvaardigheid – arme landen krijgen hardere klappen – en het gaat ook over het eerder genoemde onaantrekkelijke vermogen om recht te lullen wat krom is. Dit is onze schandvlek. Als een realiteit ons niet aanstaat, reageren we met onverschilligheid en cynisme. Ik vind dat zulk gedrag ons het recht ontneemt om onszelf nog langer homo sapiens – de wijze mens – te noemen. Wie liegt en zichzelf bedriegt is niet wijs. We zien onszelf nog steeds als de kroon op de schepping; het past helemaal niet in ons wereldbeeld dat de natuur voor ons gaat bepalen waar de grenzen liggen. Dat komt doordat we altijd zo succesvol zijn geweest in het beheersen van die natuur. Nu is ’t ineens andersom en dat gaat er bij veel mensen niet in.”

We zijn meesters in het zelfbedrog, om recht te lullen wat krom is. Desondanks zien we onszelf nog steeds als de kroon op de schepping

Word je er somber van?
“Soms. Tegelijkertijd heb ik voor mezelf be-sloten om níet cynisch te worden. De Britse filosoof Isaiah Berlin heeft ooit gezegd: ‘We can only do what we can: but that we must do, against difficulties.’ Daar probeer ik zoveel mogelijk naar te leven. Ik weet ook niet of het veel uitmaakt dat ik om vier uur ’s nachts ben opgestaan om met een paar anderen de kade te blokkeren.”

Ben je eigenlijk opgepakt?
“Eh nee, dat is een beetje een lullig verhaal, maar ik was net weg toen de politie ingreep. Onze cateringbus was in beslag genomen en omdat de situatie rond tweeën redelijk stabiel leek, ben ik even naar huis gegaan om voedsel te halen voor de rebellen en, oké, een dutje te doen. Eenmaal terug op de Stadhouderskade, bleek de hele boel al te zijn opgerold.”

Toch was dit, al met al, best een stoere actie voor een bange man.
“Ik moet je eerlijk zeggen dat ik ook getwijfeld heb om mee te doen. Ik was bang dat ik misschien zou worden weggezet als een of andere radicale, aan terrorisme gelieerde
milieugekkie en dat het – heel egocentrisch- misschien schadelijk zou zijn voor mijn carrière. Gelukkig werd de actie over het algemeen redelijk goed ontvangen.”

En als dat níet zo was geweest: denk aan je deurmat.
Amor fati! Precies.”

In hoeverre is humor voor jou een middel in de strijd?
“Ik geloof dat we onszelf niet te serieus moe-ten nemen. Daar komt de humor bij kijken. We zijn onhebbelijke, egocentrische wezens die ineens iets dwangmatigs kunnen doen, die anderen vreselijk kwetsen soms, die zich geen raad weten met al de beperkingen waar het leven mee gepaard gaat en niet begrijpen wat precies de bedoeling is van dit alles … Dát kunnen zien, inzien dat we maar een stelletje klunzen zijn, is van levensbelang. Humor is het vermogen om jezelf van een afstandje te kunnen bekijken.”

We moeten onszelf niet te serieus nemen. Dát kunnen inzien, dat we maar een stelletje klunzen zijn, is van levensbelang

Waar gaat de volgende voorstelling over?
“Dat weet ik nog niet precies omdat ik pas over een jaar in première ga, maar het bij-belboek Genesis speelt er in ieder geval een grote rol in. Op de zesde dag schiep God de mens en Hij gaf ons de opdracht mee over de aarde en de dieren te heersen.Ik vraag me af of dat nou wel zo’n goed idee is geweest, die opdracht. Zelfs de mensen die niet meer in God geloven, zijn er nog steeds van overtuigd dat die rol ons nog altijd toebehoort, terwijl het toch zo langzamerhand wel duidelijk mag zijn dat we er een potje van hebben gemaakt.”

Ben je activistischer geworden, als cabaretier?
“Dat geloof ik niet. Volgens mij leent activisme zich niet voor een cabaretvoorstelling, maar wat je wel terugziet is mijn betrokkenheid, mijn worsteling met die vraagstukken. Aan de andere kant voel ik ook een neiging om me, als Epicurus, terug te trekken in mijn tuintje en te zeggen: jullie zoeken het maar uit met je hele mensheid. Dat kan natuurlijk niet omdat ik er zelf deel van uitmaak.”

Misschien word je in de loop der jaren nog wel een beetje wijzer.
“Nou … Ik houd op mijn computer met enige regelmaat een dagboek bij. Laatst las ik iets wat ik tien jaar geleden had geschreven en ik kwam tot de nogal confronterende conclusie dat ik nu nog steeds met precies dezelfde dingen worstel als toen. Stiekem hoop je toch verder te zijn gekomen. Ik heb lang geleefd met het idee: over twintig jaar of zo, dan ben ik wel af. Niet dus. Het schijnt trouwens echt zo te zijn dat mensen naar de toekomst kijken en denken dat slechte eigenschappen zullen verminderen en dat er alleen maar goede eigenschappen bij zullen komen. Helaas zie je in de praktijk vaak het tegenovergestelde gebeuren.”<

Tim Fransen zien optreden? Kijk hier voor de speellijst

Arjan Visser
journalist

Deel dit

Tags:  #Duurzaamheid en milieu #ethiek #Filosofie #keuzevrijheid #vrije wil#Zelfbeschikking #Zingeving

Vrij denken, samen leven. Sinds 1946.

Blijf op de hoogte van acties voor een menselijker samenleving, inspirerend nieuws en evenementen.