Direct naar de inhoud
Word lid
Wanda de Kanter

‘Ja, ik ben een activist’ – Wanda de Kanter

Type content: Nieuws Categorieën: HUMAN INC. magazine Laatste levensfase Politiek nieuws Gepubliceerd op:

Zelf rookte ze 35 jaar – tot haar dochter haar betrapte. Ze stopte, verdiepte zich in verslavingen, dook in de wereld van de tabaksindustrie en werd samen met Pauline Dekker hét gezicht van de anti-rooklobby: Longarts en activist Wanda de Kanter.

Aan diezelfde keukentafel waar nu het interview plaatsvindt, betrapte de dochter van longarts Wanda de Kanter haar moeder op het roken van een sigaret. Dat is inmiddels dertien jaar geleden, maar Wanda de Kanter (60) vertelt het verhaal nog steeds met zichtbare emotie: “Ik rookte al vanaf mijn twaalfde. Nooit had ik de aanvechting gehad om te stoppen. Ja, tijdens mijn zwangerschappen stopte ik, maar altijd met de belofte aan mezelf dat ik daarna weer lekker mocht roken.

Toen de kinderen er eenmaal waren, rookte ik stiekem. Als zij naar bed waren, mocht ik een sigaret. Dus ik zorgde er altijd voor dat ze op tijd erin lagen. Mijn oudste was een jaar of veertien, het zal een uur of tien zijn geweest. Wat ze nooit deed, gebeurde nu, ze kwam haar bed uit. Ik hoorde haar de trap afkomen. Ik verstijfde. Mijn eerste impuls was snel die sigaret weggooien, maar dat vond ik ook weer zo laf. Dus nam ik nog een trek, precies op het moment dat ze de keuken binnenkwam. Ze zei niks, ze keek me alleen met zulke grote ogen aan.”

Pas maanden later, tijdens een vakantie met twee andere gezinnen, toen de kinderen tijdens het avondeten mochten vertellen wat ze aan hun ouders haatten, kwam het er allemaal uit. “Uit de grond van haar hart zei ze: ‘Mam, je wilt dus dood!’ Dat maakte zo’n indruk. Toen was ik eindelijk klaar om te stoppen.” De Kanter kocht de bestseller van Allan Carr, Stoppen met roken, maar vond niet wat ze zocht. “Ik ontdekte dat er geen goed handboek was met alle medische feiten en argumenten. Ik wist niet eens hoe een verslaving in elkaar steekt.”

Ze besloot zelf zo’n boek te gaan schrijven. Samen met haar vriendin en collega-longarts Pauline Dekker en uitgever/buurvrouw Mariël Croon bedacht ze een concept voor een boek, een stappenplan, een website en de titel Nederland Stopt! Met roken. “Het was in de tijd dat Sonja Bakker zo populair was, dus we wisten dat het er glossy moest uitzien, met interviewtjes met bn’ers en zo.

Je kunt niet zeggen: “Ik ken niemand meer die nog rookt.” Dat is zó arrogant.

Maar ik wilde ook dat het evidence based was, dus met wetenschappelijk verantwoorde feiten en cijfers. En het moest zo geschreven worden dat het voor laagopgeleide mensen ook begrijpelijk en toegankelijk zou zijn.” Dekker en De Kanter doken in de wereld van verslavingen, ze gingen naar de Jellinek, naar afkickklinieken in Engeland. Ze lieten patiënten meelezen: snap je wat er staat? “Later hebben we ook nog een luister-cd opgenomen.” Ze lacht. “Het was zoveel werk en zoveel stress dat we er bijna weer van gingen roken.”

Toen eenmaal het boek was verschenen, ging het hard: De Kanter en Dekker werden hét ge-zicht van de antirooklobby en onvermoeibare strijders tegen de tabaksindustrie die sigaretten ook nog eens vol stofjes stopt die het roken nóg verslavender maken. Ze willen beperking van het aantal verkooppunten en ze zijn voor een forse verhoging van de accijns. “Uit talloze internationale onderzoeken blijkt dat kinderen minder snel gaan roken als sigaretten moeilijk te koop zijn en heel erg duur.” Ze verdedigen hun standpunten waar het maar kan: bij Matthijs en Jeroen aan tafel, in kranten en tijdschriften, op grote podia en in kleine zaaltjes, bij politieke partijen en op grote medische congressen. “Op een gegeven moment vroeg ik me af wat ik nu eigenlijk was. Een lobbyist? Een beïnvloeder? Tot iemand tegen me zei: ‘Je bent een activist, Wanda.’ Dat heb ik toen op mijn visitekaartje laten drukken: Wanda de Kanter, longarts/activist.”

Dat niet iedereen gecharmeerd is van de activistische opstelling van De Kanter en Dekker bleek dit voorjaar toen ze vanwege hun journalistieke platform TabakNee, waarop de tabaksindustrie kritisch wordt gevolgd, door het bestuur van de Alliantie aan de kant werden geschoven. Die Alliantie is een anti-rooklobbyclub waarbij meer dan 150 partners zijn aangesloten, van het KWF tot de Lidl, die allemaal van mening zijn dat roken zoveel mogelijk ontmoedigd moet worden. De Kanter: “Dat telefoontje dat we eruit werden gezet, kwam volslagen onverwacht. Ik schrok me rot. Ik dacht: wat heb ik verkeerd gedaan? Zijn we inderdaad te activistisch? Moet ik mijn toon en boodschap matigen? Toen heb ik wel in een spagaat gezeten. Kijk, als arts wil je niet als een drammer te boek staan. Ik wil gewoon een lieve dokter zijn voor mijn patiënten, een arts bij wie mensen zich veilig voelen. Ik was heel bang dat patiënten niet meer voor mij zouden kiezen. Gelukkig bleek dat allesbehalve het geval. Er was eerder sprake van een tegenovergesteld effect. Ik ben geen wetenschapper, maar ik ben wel een goede longarts. En patiënten vertellen me dat ik hen goed begeleid.” De Kanter en Dekker besloten gewoon op de oude activistische voet door te gaan.

En wat vindt ze van de veelgehoorde kritiek dat ze misschien een beetje overdrijft? Zo schreef Frits Abrahams in zijn column voor NRC dat hij sympathie heeft voor de kruis-tocht tegen de tabaksindustrie, maar dat hij weigert de roker te zien als een slachtoffer, ‘willoos tot de dood erop volgt.’ Hij was immers zelf ooit een stevige roker, toch is het hem gelukt om te stoppen. ‘En zoveel andere mensen. Ik ken meer mensen die gestopt zijn dan die onverdroten zijn doorgegaan. Stoppen met roken is wel degelijk goed te doen.’ Hij besloot zijn stukje met: ‘Mensen die dat per se willen moeten kunnen roken.’

 Tegen mensen als Frits Abrahams zeg ik: fijn voor jou als het je is gelukt om te stoppen. Maar we hebben het niet over jou 

De Kanter, fel: “Tegen mensen als Frits Abra-hams zeg ik: fijn voor jou als het je is gelukt om te stoppen. Maar we hebben het niet over jou.” Ze haalt even adem. “Weet je wat ik het grootste dilemma vind? Al die mensen die zichzelf als uitgangspunt nemen, als de maat der dingen. Ik zie het ook in Den Haag. Zegt zo’n woordvoerder: ‘Ik ken echt niemand meer die rookt.’ Dat vind ik zo arrogant! Kijk naar de cijfers! Elke dag beginnen 75 kinderen met roken. Van de laagopgeleide mannen tussen 25 en 55 jaar rookt 50 procent! Gemiddeld rookt 23 procent van de Nederlandse bevol-king, maar van deze mannen dus de helft! Zo’n gemiddelde zegt dus niks.”

Roken, zegt ze, is wereldwijd meer en meer een sociaal-economisch probleem aan het worden. “In de lageropgeleide milieus roken vaak beide ouders. De kinderen groeien op in de rook. Niet zelden heeft de moeder tijdens de zwangerschap ook doorgerookt. De dopaminereceptoren zijn in de baarmoeder al geactiveerd. Als zo’n kind voor het eerst een sigaret opsteekt, is het, bám, thuiskomen. Het brein herkent de nicotine – daar zijn sterke aanwijzingen voor. De meeste kinderen gaan roken vanwege de peer group pressure, en vinden die eerste sigaret maar vies. Maar sommigen vinden het meteen lekker. Die zíjn al verslaafd. Als je weet dat op vmbo-scholen tien keer zoveel gerookt wordt als op vwo-scholen.

Goed verhaal?

Dit en meer journalistieke verhalen lees je in HUMAN INC, het tijdschrift van het Humanistisch Verbond.

Als je weet dat twee van de drie kinderen die een sigaret uitproberen een dagelijkse roker worden.” In één adem door: “En wist je dat 80 procent van de rokers zou willen stoppen? En dat 60 procent van de mensen die bij mij met longkanker komt, al gestopt is? Te laat dus.” Maar waaróm hebben laagopgeleide mensen meer moeite met roken dan hoogopgeleide mensen? “Nicotine is minstens zo verslavend als cocaïne en heroïne; 95 procent van de mensen die stoppen, valt binnen een jaar weer terug. Om te kunnen stoppen heb je kennis, motivatie, een langetermijnvisie en wilskracht nodig. Daarnaast ’t liefst ook begeleiding en een omgeving waarin roken niet de norm is. Als je in armoede leeft kun je minder goed denken, sta je voortdurend onder stress. Als je veel ellende hebt, dan kun je jezelf niet aan je haren uit het moeras trekken. Veel mensen ervaren de sigaret als troost. En, minstens zo belangrijk: of je kunt stoppen met roken, hoe verslavingsgevoelig je bent, is ook grotendeels genetisch bepaald, weten we uit onderzoek.”

Weer haalt ze diep adem. “Wij als maatschappij moeten er alles aan doen om te zorgen dat kinderen er niet aan beginnen. Daarom onze strijd tegen de tabaksindustrie. En daarom omarm ik dat geuzenwoord: ja, ik ben een activist.” <

José Rozenbroek
hoofdredacteur van HUMAN INC., het tijdschrift van het Humanistisch Verbond.

Deel dit

Tags: #Burgerschap #Democratie #gezondheidszorg #Goed oud worden #politiek #wetgeving

A list of posts

Vrij denken, samen leven. Sinds 1946.

Blijf op de hoogte van acties voor een menselijker samenleving, inspirerend nieuws en evenementen.