Schrijvers die een band hebben met Zutphen

Ida Gerhardt (1997) schreef gedurende haar leven meerdere gedichten over Zutphen. Een aantal dichtregels van haar prijken in gevels en muren van Zutphen. Sinds kort is daar een nieuwe de dichtregel aan toegevoegd “Er stond een kind op de kade…”, gemetseld in de kademuur van de nieuwe IJsselkade. Zij werd geboren aan het begin van de vorige eeuw in Gorinchem en stierf in 1997 in Warnsveld. Van deze Zutphens geliefde dichteres staat haar bronzen beeld op de nieuwe IJsselkade (foto: Sjoerd Kuipers).

H.C. ten Berge (1938). Winnaar van de P.C. Hooftprijs in 2006. Deze schrijver, geboren te Alkmaar woont sinds 1979 in Zutphen. Hij is ook vertaler en was hij redacteur van het tijdschrift Raster. Zijn roman “Het geheim van een opgewekt humeur”(1986) werd genomineerd voor de AKO-literatuurprijs. Een verhaal van hem dat zich helemaal in Zutphen afspeelt is de novelle “Een Italiaan in Zutphen”.

Ad ten Bosch (1951) Voormalig boekhandelaar in Zutphen (Van Someren en ten Bosch) die eind jaren ’70 door de onverwachte dood van zijn vader diens boekhandel had overgenomen. Hij was bevriend met Ida Gerhardt over wie hij een boek schreef getiteld “Gebroken lied: een vriendschap met Ida Gerhardt” uit 1999.

Arno Bohlmeijer (1956) woonde lange tijd in Zutphen. Hij debuteerde in 1987 met “Op het punt van breken”, het verhaal van een achttienjarige jongen die een been verliest en daarmee moet zien te leren leven. Na zijn debuut schreef hij meerdere werken waaronder een aantal kinderboeken. Zijn werk is altijd goed ontvangen door pers en publiek. In 1997 ontving hij het Charlotte Köhlerstipendium voor veelbelovende schrijvers.

Hanz Mirck (1970), neerlandicus dichter, boekverkoper, vertaler en muzikant debuteerde in 2002 met de gedichtenbundel “Het geluk weet niets van mij”. In 2006 verscheen de tweede bundel “Wegsleepregeling van kracht”.

Koenraad Oege Meinsma (1956) woonde lange tijd in Zutphen. Hij debuteerde in 1987 met “Op het punt van breken”, het verhaal van een achttienjarige jongen die een been verliest en daarmee moet zien te leren leven. Na zijn debuut schreef hij meerdere werken waaronder een aantal kinderboeken. Zijn werk is altijd goed ontvangen door pers en publiek. In 1997 ontving hij het Charlotte Köhlerstipendium voor veelbelovende schrijvers.

Meinsma was in zijn jonge jaren een overtuigd vrijdenker en werkte mee aan het tijdschrift De Dageraad; zo verzorgde hij onder het pseudoniem Conrad von Elborgh een vertaling van De tribus impostoribus o.d.t. Over drie bedriegers (Mozes, Jezus en Mohamed) (Amsterdam, 1888) die ook afzonderlijk werd uitgegeven.

Bron: Wikipedia en uit ‘Een literair portret van de Achterhoek’ van D. Ten Zweege, uitgever Terra (2007)