“Er is veel meer openheid voor de niet-gelovige mens. Ja, ik geloof dat Nederland ‘humanistischer’ is dan vijftig jaar geleden.” Dat vertelt één van de 80 HV-leden, die het zilveren HV-speldje heeft ontvangen, omdat ze 50 jaar lid is van het Humanistisch Verbond.

Op Wereldhumanismedag stuurde Rein Zunderdorp namens het Humanistisch Verbond tachtig leden die dit jaar vijftig jaar lid zijn een brief en het zilveren HV-speldje. Van een aantal van hen kreeg Zunderdorp een enthousiaste reactie. Uit onderzoek blijkt dat leden zeer bewust lid werden en worden van het Humanistisch Verbond. Maar waarom werden twee van hen in 1962 lid? 
Wat betekent het humanisme en wat is er van hun verwachtingen terechtgekomen?

De antwoorden liggen soms verrassend dicht bij elkaar. Mevrouw Ens is opgegroeid in een vrijzinnig (doopsgezind) milieu, ‘waar het gebonden zijn aan de gemeenschap een duidelijke richtlijn was.’ Al jong protesteerde zij tegen het geloof in een god en liet zich niet liet dopen.

“Jaap van Praag (één van de oprichters van het Verbond) was leraar op mijn middelbare school. Hij inspireerde me erg. In Amsterdam zocht ik aansluiting bij de studentenvereniging op humanistische grondslag. Ik kan me nog enige boeiende discussies herinneren, die nu wel wat gedateerd zijn. Zoals over de vraag wat voelt een humanist als hij door het bos loopt? Tien jaar later, getrouwd en met drie kinderen, kwamen er andere vragen en ik denk dat ik toen in het Humanistisch Verbond een soort onderdak zocht voor het zoeken naar antwoorden.”

Gelijkgestemden

Het HV-lid uit Paterswolde hecht aan haar privacy en vindt het niet nodig haar naam in de nieuwsbrief te vermelden. Zij stamt uit een socialistisch, humanistisch nest. Haar vader was één van de oprichters van de afdeling Groningen van het Humanistisch Verbond. Zijzelf werkte veertig jaar in het onderwijs en werd in 1962 lid nadat ze een jaar in het buitenland verbleef. Tijdens dat jaar waren “veel vrienden en vriendinnen uitgezwermd” en werd ze lid van de Humanistische Jongeren Gemeenschap (HJG) te Groningen. Vooral om gelijkgestemden te ontmoeten. ‘Ik heb in de HJG vele vrienden leren kennen. Met een aantal van hen heb ik nog steeds contact.”

Betekenis

Beiden zijn ‘absoluut’ niet gelovig. De één vind het daarom belangrijk dat een organisatie als het HV bestaat om ‘een ander geluid te laten horen’. De ander ziet de betekenis vooral in het geheel zelf verantwoordelijk te zijn voor het menszijn hier en nu. ”Ik ontwikkel mij door contacten met medemensen en ben daar dan dankbaar voor.”

Op de vraag of de verwachtingen zijn uitgekomen zegt de één van wel omdat ze er de vrienden vond die zij zocht. Mevrouw Ens zegt daarentegen dat er niet zo heel veel van is uitgekomen, “maar er kwamen steeds andere redenen en uitdagingen in ons leven om het lidmaatschap van het HV te continueren. Mijn zoeken is altijd een soort zoeken naar gezamenlijkheid en betrokkenheid op elkaar geweest. En eigenlijk heb ik dat niet gevonden. Wel met individuele kennissen die je via het Verbond vond.”

Wel merkt ze op dat in Nederland veel meer openheid is voor de niet-gelovige mens, en de zich ‘anders’ gedragenden. ‘De afkeer die we vroeger wel ontmoetten, kom je nauwelijks meer tegen. Soms wel verbazing. Ik geloof dat Nederland ‘humanistischer’ is dan vijftig jaar geleden.”

Ouder worden

De kunst van het ouder worden is één van de kernthema’s de komende jaren. Hoe denken zij daarover? “Daar ben ik nog helemaal niet mee bezig,” zegt het lid uit Paterswolde. “Als het einde in zicht is -en dat is nu nog lang niet- dan teken ik zeker een euthanasieverklaring. Je kunt op twee manieren leven: ik kan morgen de pijp uitgaan, of pluk de dag. Ik denk dat het laatste het verstandigst is.”

Mevrouw Ens is daar wel mee bezig. “Het is makkelijk gezegd, maar o zo moeilijk: aanvaarden dat je moet inleveren. Blijf zoeken naar het mooie hoe ver weg het ook is. Over het levenseinde denken we vaak na en zijn lid van de NVVE. Een humanistische levensvisie helpt daarbij. Je wordt niet afgeleid door allerlei dogma’s maar weet dat je het geheel zelf moet beslissen en doormaken.”